Outback Jack & Fleur

Joehoe, heb zojuist een super week achter de rug! In 10 dagen zo’n 4000 kilometer afgelegd langs de kust en door de outback van Australië. Samen met 4 vriendinnetjes en nog 16 andere hebben we een tour gemaakt naar Exmouth en Karijini. Enorm veel gezien en meegemaakt, maar ik zal het proberen zo kort mogelijk samen te vatten.. (kan natuurlijk niks beloven).

Vrijdag 6 april moesten we ons om 7.00 melden op het station in Perth. Na eerst 10x het station te zijn over gestuurd, vonden we eindelijk onze ‘groep’. Dit was best een gevarieerde groep; een paar Aussies, Duitsers, een Ier, een Italiaan, een Fransoos, een Japanner en natuurlijk ons! Onze reisleider Dan (of moet ik het met een lange ‘ij’ schrijven?) was een super aardig, typische Australische outbacker. Compleet met een hoed op z’n hoofd en een heerlijk zwaar Australisch accent. Ons zou niets gebeuren.

De eerste stop was bij de Pinnacle Desert. Door de wind was de vegetatie weggeblazen en gesleten dus nu stonden er heel veel stenen in hartstikke geel zand. Was wel leuk om gezien te hebben maar na een paar foto’s gemaakt te hebben gingen we gelukkig weer verder. Niet veel later was onze tweede, en tevens laatste stop, om te gaan sandboarden. Nu bevonden we ons in hagelwit zand. Terwijl we niet heel erg ver weg waren van de Pinnacle Desert.

Zaterdag gingen we na een vroeg ontbijt naar Kalbarri National Park naar de Murchison Gorge. Eerst hebben we hier een paar uitzichtpunten bekeken, zoals de ‘natural window’. Hier begon het ook tot ons door te dringen dat we niet alleen zouden zijn deze trip, maar vergezeld zouden zijn door miljoenen (stront)vliegen. Die overal invlogen en dan bij voorkeur je neus, oren en keel aandeden. Gelukkig vond ik hier een zeer effectieve oplossing voor (zie foto’s)..
Na de uitzichtpunten hebben we een kleine hiking gedaan, naar beneden in the kloof. Hier was het echt heel erg mooi, met bomen en watervallen. Die uiteraard gebruikt werden voor een heerlijke duik!! Hierna zijn we doorgereden naar Monkey Mia, een hele bijzondere plaats waar iedere dag wilde dolfijnen naar het strand toe komen om gevoed te worden en om ‘mensen te kijken’.

De dolfijnen in Monkey Mia leven in het wild maar worden afhankelijk van hun eigen behoefte maximaal 3x per dag gevoerd tussen 7.00 en 13.00. We moesten er dus vroeg uit, om zeker te zijn dat we dit niet gingen missen. Immers om 11.00 zouden we weer verder rijden. De dolfijnen komen alleen de baai in wanneer zij dit zelf willen en worden ook niet vol gevoed. Zij moeten zelf ook nog jagen om voldoende voedsel binnen te krijgen. Het kan dus zijn dat er de ene dag 1 dolfijn is en de andere dag 10. Gelukkig waren er ’s morgens best veel en hebben we ze van heel dicht mogen aanschouwen. Kate was zelfs de gelukkige om ze te helpen met voeren.

Eind van die dag arriveerde we in Coral Bay. Hier zouden we maandag op Whale Shark tour gaan. In het koraalrif gelegen voor de kust komen ieder jaar tussen april en juli whale sharks en dat bied mogelijkheden om met deze immense beesten te zwemmen. Helaas waaide het te hard op zee en werd de tour gecancelled. Dit was niet erg want er was nog een optie in Exmouth om dit te doen. Nu we een hele dag vrij hadden hebben we de hele ochtend op het strand gelegen waarna we ’s middags met een glas-boot over het koraal hebben gevaren en heb gesnorkeld. Dit was echt heel erg gaaf, de schildpadden kon je gewoon aanraken zo dichtbij dat ze zwommen.

Dinsdag kwamen we aan in Exmouth en zijn we naar het allermooiste en beste strand ooit geweest: Turquoise bay beach. En het deed zijn naam eer aan, het water was enorm helder. Het was dus een baai waarnaast een rif lag met een stroming langs de baai, die uiteindelijk uitmondde in zee. De avond ervoor hadden we snorkelspullen opgehaald zodat we ook vandaag in het rif konden snorkelen. We lieten ons dan meedrijven door de stroming tot een zeker punt om dan weer teug naar de kust te zwemmen. Dit was zowaar nog beter dan de dag ervoor want behalve schildpadden en heel veel gekleurde vissen, zagen we nu ook enorme roggen (2 meter lang) en kleine haaien (1 meter)!!

Het begint al aardig lang te worden dit verhaal en het beste moet nog komen..

Woensdag was het dan ein-de-lijk zover, toen mochten we met de whale sharks gaan zwemmen/snorkelen. Het weer was goed en de boten konden uitvaren. Alle organisaties die dit aanbieden huren samen iedere dag een vliegtuig, deze vliegt over het hele rif heen om de whale sharks te zoeken en geven dit dan door aan de boten die daar dan heen varen. Helaas kunnen ze nooit garanderen dat ze deze ook vinden, maar gelukkig vonden ze er eentje. Ik zat in groep twee om gedropt te worden. Het werkt ongeveer zo; je moet eerst zo snel mogelijk van de boot af (dit lijkt een beetje op een dril scène uit militaire dienst, iedereen schreeuwt tegen je om maar te springen en te zwemmen). Daarna zwem/snorkel je (zo hard als je kan) richting de whale shark, waarna als je hem ziet omkeert en met hem mee zwemt voor ongeveer 1 a 1,5 minuut en dan lost de volgende groep je af. Ik zat dus in groep 2 en had dikke pech. Tijdens de zwemtocht van groep 1 in besloot deze vriendelijke reus om het dieper te zoeken, dus zwom hij waarschijnlijk onder ons door maar helaas zonder dat wij hem zagen! Daarna werden er helaas geen whale sharks meer gezien, wel nog dolfijnen om het een beetje goed te maken.

Woensdagavond na de whale sharks begon het echt avontuur voor mij, kamperen in de bush. Omdat we pas laat vertrokken moesten we de eerste nacht ergens in de middle-of-no-where kamperen. Dit hield in, in je slaapzak in een swag in de buitenlucht zonder douche, toilet of licht. Een swag is een soort canvas zak met daarin een matras en de mogelijk om daarin met je slaapzak te gaan liggen. Het was te warm om ook in de swag te slapen, dus heb ik heerlijk met m’n slaapzak op de swag en onder de sterren geslapen.

Donderdag waren we in Karijini National Park. Hier zouden we 3 dagen blijven. Iedere dag gingen we met de bus naar andere punten toe in het park om vanuit daar verschillende tochten in de kloven te maken. Hier liepen we steeds naar verschillende watervallen toe om daar te kunnen zwemmen wat tevens ook gelijk douchen (zonder zeep) was. Woensdag was de laatste keer dat ik had gedouched en zelfs dat was heel primitief met was handzeep, toen nog niet wetende dat m’n volgende douche pas zaterdagavond zou zijn! 

De hikings die we de volgende dagen deden waren echt enorm gaaf. Soms moesten er grenzen worden verlegd, vooral als je ergens langs een richel aan het schuifelen was op 7 meter hoogte in een kloof. Niet willen denken aan wat er zou gebeuren als ik zou slippen en naar beneden zou donderen. Gelukkig was ik niet de enige met deze gedachtes en zei iedereen tegen elkaar of we onze families wilden zeggen dat we van ze hielden. Natuurlijk overleefde iedereen het en ik ook 

Na iedere dag moest het kamp worden opgebouwd, tussen 4 bomen werd een zeil gespannen in het geval het mocht gaan regenen dan konden we daaronder slapen. Andere mensen gingen koken of zoals ik, mochten de bush in om hout te verzamelen voor het kampvuur. Dit hielp ook de beestjes op afstand te houden. Waren het overdag de vliegen, die werden keurig afgelost ’s nachts door nog meer beestjes. Inmiddels was ik al zo smerig dat ik mezelf aardig goed kon ruiken en dat ik (bijna) niet meer schrok toen ik de mieren in m’n onderbroek vond. Jaja details blijven jullie niet bespaard!

Maar aan alles komt een eind en zo aan de geweldige outback kampeer trip. Zaterdagochtend gingen wij samen met nog 3 andere terug naar Perth (in een andere bus die vanuit Broome naar Perth reed). Dit duurde twee dagen, maar in tegenstelling tot de eerste bus hadden we nu zeeën van ruimte. Na de laatste nacht in engste en meest afgelegden boerderij ooit ‘geslapen’ te hebben (Tip: kijk de film Wolf Creek en je weet wat ik bedoel) was ik dan eindelijk zondag aan het einde van dag weer ‘thuis’.

Het was echt een super trip. Zoveel gezien en gedaan. Maar de volgende trip staat alweer gepland. A.s. weekend gaan we (ook weer met Rashila, Kate, Aishling en Danielle) naar Albany (zuidelijk) toe voor een weekendje. Ik ben benieuwd!

Kus Fleur